18033990_1802650963396873_4611645767043157961_nDe minister van het ministerie Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV), Soeresh Algoe, heeft aardappelen op 18 april 2017 geoogst. Het betreft twee variëteiten: Red Pontiac en Désirée. Het resultaat van de oogst, is het bewijs dat het telen van aardappelen mogelijk is in Suriname. Deze proef maakt ook deel uit de verschillende activiteiten met betrekking tot diversificatie van gewassen waaraan het ministerie van LVV hard werkt.

17904067_1802650983396871_7757520499276521728_nDe Red Pontiac gedijt goed in Suriname, terwijl de Desirée geen succes heeft geboekt. De Désirée groeit wel maar geeft geen vruchten. De teelt van Red Pontiac duurt 105 dagen. De proeven van de variëteiten zijn in Paramaribo gedaan. Over het algemeen gedijen aardappelen goed waar er een lage temperatuur is in de avond wat het geval is in de maand januari en februari. De Red Pontiac overleeft en draagt vruchten bij temperaturen van 23 en 24 graden celcius.

Het ministerie is al een poos bezig met de proeven met aardappelen. Nu gaat zij ook proeven doen in andere districten met als start Brownsberg en wel op bergachtige gebieden waar de temperatuur aldaar laag is. Daarna zullen er proeven in het westen en het oosten volgen. Tijdens de proeven is er ook gelet op de resistentie van de variëteiten. De Red Pontiac is resitent tegen schimmels en bactieriën, terwijl de Désirée gevoelig is voor schimmelziektes. De aardappelen dienen constant in de gaten te worden gehouden op aantasting van tripsen.

18010469_1802650990063537_5716398647449468768_nMinister Algoe vindt dat het een plicht is van het ministerie om na te gaan welke gewassen en variëteiten in Suriname geteeld kunnen worden. Voorheen zijn er gewassen als parika, bloemkool, broccoli, wortelen en bruine bonen geteeld. De diversificatie van gewassen moet zorgen voor reductie van de importproducten naar Suriname. Verder biedt het telen van nieuwe gewassen werkgelegenheid voor Surinamers en de mogelijkheid tot ondernemerschap. Binnen bepaalde Caribische landen wordt slecht één maal per jaar aardappel geteeld. Suriname kan dus in de toekomst inspelen op de lokale aardappelbehoefte en ook de export naar buitenlandse markten.