Het Nationaal Coördinatie Centrum voor Rampenbeheersing (NCCR) is geruime tijd bezig geweest alle districtscommissariaten te trainen, om adequaat op te kunnen treden bij een ramp in hun gebied. Het laatste district dat de training heeft gevolgd is Sipaliwini, bestaande uit zeven bestuursressorten. In gesprek met het Nationaal Informatie Instituut (NII) zegt NCCR-coördinator, kolonel Jerry Slijngard, dat de focus van de training ligt op het opzetten van een gedecentraliseerde organisatie, waarbij op het niveau van de districtscommissariaten een organisatie ontstaat die in tijden van calamiteiten weten hoe er effectief moet worden opgetreden.

De bedoeling van de training is ook om een stuk bewustwording op gang te brengen onder de actoren. Suriname heeft naar zeggen van kolonel Slijngard 64 ressorten die een eigen rampenplan moeten hebben. Belangrijk hierbij is na te gaan wat er als ‘first response’ gebeurd. Dit optreden vindt plaats vanuit de districtscommissariaten. Als de ramp groter is dan de mensen zelf kunnen afhandelen, komt het NCCR met haar expertise en mogelijkheden in, aldus de NCCR-topman. Het is dus de bedoeling dat alle districten en ressorten een eigen rampenplan hebben en deze gezamenlijk het nationale rampenplan vormen. Tijdens de training die op 4 april werd gehouden te Asewa Otono, was het de beurt aan het bestuursressort Boven Suriname. Het NCCR heeft aan de districtscommissaris (dc) Humphrey Jeroe van dit ressort enkele spullen overhandigd, zoals: stretchers, EHBO-trommel en zwem- en reddingsgordels ten voordele van de plaatselijke gemeenschap.

DC Jeroe erkent het belang van een rampenplan. In zijn ressort kunnen er zich ook calamiteiten voordoen waarop tijdig moet kunnen worden ingespeeld. Aan het einde van deze training zal het bestuursressort Boven Suriname een rampen comité in het leven roepen, bestaande uit vertegenwoordigers van het commissariaat, de politie, de Medische Zending en andere actoren om het plan op te zetten. Het ressort Boven Suriname heeft in 2006 te kampen gehad met watersnood. Huizen en wc’s zijn destijds door het overtollige water weggespoeld en burgers moesten vluchten naar hoger gelegen gebieden. Met een rampenplan kan het bestuursressort de effecten van een calamiteit goed opvangen, stelt dc Jeroe.