Het huisvestingsprogramma van de regering Bouterse-Adhin wordt ook in 2019 voortgezet, met zoveel mogelijk inzet van particulieren en ondersteuning van de Overheid. Om beter invulling te geven aan het huisvestingsbeleid is het woningbouwfonds opgenomen in de Staatsbegroting 2019. Jennifer Geerlings-Simmons heeft op 6 juni 2019 bij de aanname van deze begroting gezegd, verheugd te zijn met de toevoeging van het woningbouw- en garantiefonds. Samen met de programma’s die de regering op dit moment uitvoert zal dit volgens haar een historisch feit zijn. President Desiré Bouterse heeft ook gewezen op het belang van dit fonds, onder andere met het oog op doelgroepen die eerder niet in staat waren voor een woningbouwfinanciering via de bank, in aanmerking te komen.

President Bouterse is ook ingegaan op de voorziening die regering in 2018 in overleg met de Centrale Bank van Suriname heeft getroffen, om de middenklasse tegemoet te komen. De Centrale Bank van Suriname heeft hierbij de bovengrens van de 7% kasreserve regeling opgetrokken van 150 duizend Surinaamse Dollars naar 250 duizend Surinaamse Dollars. Hierdoor wordt zelfbouw gestimuleerd en kunnen cliënten die beschikken over een eigen terrein in aanmerking komen voor deze 7% rente hypotheeklening bij de commerciële banken. Particulieren die thans bezig zijn met woningbouwprojecten kunnen ook gebruik maken van deze genoemde regeling.

“Naast het bouwen van woningen is de regering ook bezig de reeds toegewezen gronden die nog ontoegankelijk zijn, te ontsluiten. De regering is verder ook bezig gronden, ten behoeve van de woningbouw, bouwrijp te maken, zodat heel binnenkort, gronden aan woningzoekenden die niet in staat zijn zelf te bouwen, ter beschikking kunnen worden gesteld.” De regering zet het beleid voort en gaat onverkort door met het ontsluiten van gebieden die nog niet aangesloten zijn op het elektriciteit- en waternet. Het bestraten, asfalteren en ontwateren, zowel in de stad als in de verafgelegen gebieden, wordt intensief voortgezet. Gebleken is dat het betalen van de ingevoerde perceel-ID een enorme financiële last betekent voor grondverkrijgers. De landmeterskosten die gepaard gaan met de vaststelling van deze perceel-ID zijn zeer hoog. De Regering zal in ijltempo voor de nodige voorzieningen zorgdragen, zodat de problemen die te maken hebben met de vaststelling van de perceel-ID spoedig opgelost zullen zijn.