De viering van de dag van de zwarte beschaving op 26 januari is een succes geworden, ondanks de aanhoudende regen. Minister Edgar Dikan van Regionale Ontwikkeling, die het evenement elk jaar bijwoont, was blij met de opkomst. Dit jaar werd de dag gevierd aan het Benastrand (Klaaskreek) in het district Brokopondo.

Dikan voerde in zijn toespraak aan dat hij bij de eerste viering verliefd is geraakt op de viering van Blakaman Dey. “We hebben als Suriname bewezen dat wij samen kunnen leven als multiculturele samenleving. We moeten als Afro-Surinamers elkaar blijven ondersteunen. We moeten meer willen weten over ons eigen en elkanders cultuur”. De minister riep alle aanwezigen op om de erkenning van deze dag en het cultureel erfgoed dat gekoppeld is aan de Afro-Surinaamse cultuur serieus te nemen.

Iwan Wijngaarde, voorzitter van de Feydrasi Fu Afrikan Srananman, zei bij de festiviteiten dat hij met de jaarlijkse viering merkt dat het langzaam maar zeker de goede kant opgaat met eenheidsvorming onder Afro-Surinamers. “Het gaat, maar we moeten geen ruzie maken. Wij moeten meer van elkaar gaan houden. We moeten de boodschap overbrengen dat wij vredelievend moeten blijven leven”, aldus de voorzitter. Hij zegt blij te zijn dat de RO- minister er elk jaar bij is. “Hij meldt nooit af, het is om respect voor te hebben”, zei Wijngaarde met een toon van waardering voor de aanwezigheid van de bewindsman. De minister had zich gehaast van een andere activiteit in het Boven-Marowijnegebied om bij de viering van Blakaman Dey aanwezig te zijn.

Parlementariër Yvonne Maabo van Brokopondo zei in haar toespraak dat de viering van deze dag een heuse plechtigheid is, die wat haar betreft niet verloren moet gaan. “Wij moeten onze cultuur hooghouden. Wie zijn cultuur respecteert, zal ook respect krijgen. We moeten niet vergeten waar we vandaan komen. Je moet dat weten anders heb je geen zekerheid in jezelf”. Maabo kreeg veel bijval uit het publiek voor haar statement over de Afro-Surinaamse cultuur.