Het COVID-19 virus heeft binnen korte tijd een grote aanslag gepleegd op de wereldeconomie. De Verenigde Staten is tot op dit moment het hardst getroffen. Het vertrouwen in de financiële markten is aanzienlijk gedaald na grote verliezen die lokale en internationale bedrijven in het eerste kwartaal van 2020 hebben moeten incasseren. Ook landen met een fragiele economie als Suriname blijven niet gespaard van de negatieve gevolgen.

In de nasleep van de beurscrash in Amerika de afgelopen maand hebben rating agencies binnen afzienbare tijd een reeks downgrades afgekondigd. Zo heeft Standard and Poor’s ook Suriname op de downgrade lijst geplaatst, vanwege minder goede vooruitzichten om externe financiering te kunnen verkrijgen. De economische groei vertraagt en financierings- en terugbetalingshiaten worden groter. Als gevolg hiervan hebben rating agencies een aantal grote economieën gedowngrade en aan een groot aantal ontwikkelingslanden een verslechterde kredietwaardigheid toegekend.

Wereldrecessie

De te verwachten recessie in de wereldeconomie wordt nu al gekenmerkt als de ergste sinds de Great Depression (August 1929 – March 1933). Het van invloed zijn op de internationale handels- en financiële kanalen die in het moderne tijdperk vele malen groter en verstrekkender zijn dan toen. De financiële schokken zijn simultaan merkbaar in vele landen en hebben een remmende werking op de wereldwijde economische bedrijvigheid. Een van de grootste gevolgen is de snelle daling van grondstoffenprijzen. Olieprijzen zijn in de afgelopen weken gedaald naar een dramatisch dieptepunt en liggen thans ongeveer 70 procent onder het prijsniveau van Staatsolie eind 2019.

Als gevolg van de wereldrecessie lopen landen die afhankelijk zijn van externe financiering het risico dat deze financiële stromen plotseling worden stopgezet of onvoldoende ter beschikking komen. Immers, ook de grote economieën hebben thans te maken met gestegen financieringskosten van eigen binnenlandse bedrijven en consumenten. Dit, niet in de laatste plaats omdat banken vermoeden dat hun cliënten afgesloten leningen mogelijk niet tijdig zullen kunnen terugbetalen.

Nationaal crisisplan

De Surinaamse regering laat zich niet uit het veld slaan door de wereldrecessie en de downgrade van rating agencies zoals Standard and Poor’s. De voorbereiding voor een nationaal crisisplan om de economische effecten van COVID-19 aan te gaan is in vergevorderd stadium. Daarbij is belangrijk dat de handen ineen geslagen worden, omdat niemand anders dan het Surinaamse volk de verliezer zal zijn van deze pandemie.

De overheid is reeds begonnen om samen met de vakbeweging een aantal belasting verlagende maatregelen te bespreken. Daarnaast worden ook voorstellen die zijn gedaan door de VSB en de ASFA bestudeerd. Het verschuiven van de belastingschijven zal worden voorafgegaan door een hogere korting op de loonbelasting; de zogeheten heffingskorting, waardoor de koopkracht wordt versterkt via hogere nettolonen. Bedrijven die in financiële nood zijn geraakt door de COVID-19 crisissituatie zullen bepaalde belastingkortingen en uitstel van betaling kunnen genieten.

In een tijd dat vrijwel de hele wereld het moeilijk heeft, zal er in Suriname nauw moeten worden samengewerkt aan beheersen en herstel van de crisissituatie. Er wordt met bevriende landen gezocht naar noodhulp en technische assistentie, zoals met de Cubaanse artsen en verpleegkundigen. Met de internationale instellingen worden hulpprogramma’s geïnitieerd die technische steun inhouden, maar ook geoormerkte directe financiële steun biedt aan getroffen doelgroepen en gebieden. De COVID-19 crisis is een nationale zaak. We zullen het samen moeten overwinnen.