De COVID-19 pandemie met al zijn onzekerheden en het ontbreken van specifieke behandelingen of een vaccin, blijft voor iedereen een punt van zorg. De Pan-Amerikaanse Gezondheidsorganisatie (PAHO) heeft voor de aanpak van COVID-19 technische ondersteuning geboden aan de regering van Suriname en het Ministerie van Volksgezondheid. Hierbij werd de nadruk gelegd op het redden van levens, het beschermen van gezondheidswerkers en het vertragen van de verspreiding van ziekten door middel van negen responspijlers: coördinatie, planning en toezicht houden; risicocommunicatie en betrokkenheid van de gemeenschap; bewaking, snelle respons teams en case-onderzoek; punten van binnenkomst; nationale laboratoria; infectiepreventie en -bestrijding; case management; operationele ondersteuning en logistiek en het onderhouden van essentiële gezondheidsdiensten.

Aangezien landen verschillende transmissiefasen doorlopen, moeten in elk land de inspanningen opgevoerd worden om de spreiding van COVID-19 en diens invloed op de gezondheid, de economie en het sociaal welzijn van het volk te beperken. Voor Suriname is dit niet minder. Dit vereist de vroege identificatie en isolatie van gevallen, opsporing van de contacten van personen die zijn blootgesteld aan een bevestigd of mogelijk geval van COVID-19 en quarantaine van dergelijke personen. Alleen dan kan de verspreiding van de ziekte naar anderen worden vertraagd.

Voor landen als Suriname die clusters van gevallen ervaren, is het opsporen van contacten een belangrijk onderdeel van de surveillance strategie die bedoeld is om nieuwe gevallen vroegtijdig op te sporen bij personen die zijn blootgesteld aan het SARS-CoV-2 virus en daarom de controle op transmissie ondersteunt. Het opsporen van contacten helpt ons het virus voor te zijn, zodat nieuwe gevallen in een vroegtijdig stadium van de ziekte geïdentificeerd worden, voordat ze op hun beurt anderen kunnen infecteren en zodat nieuwe gemeenschappen waar infectie kan optreden geïdentificeerd worden. Deze strategie wordt al lang op grote schaal gebruikt als een primair middel voor de bestrijding van infectieziekten zoals tuberculose, HIV, mazelen, Ebola, SARS en anderen.

De rapportage van COVID-19 gevallen is gebaseerd op personen die toegang hebben tot de gezondheidsdiensten en getest worden. Dit kan leiden tot onderrapportage wanneer personen geen zorg zoeken en wanneer het niveau van testen laag is. Daarom kan het aantal gevallen dat is vastgelegd en gerapporteerd door het COVID-19 epidemiologische surveillancesysteem verschillen van het werkelijke aantal COVID-19 gevallen in de gemeenschap en kan de werkelijke last van de epidemie onderschatten. Dit geldt met name wanneer er bestaande sociaaleconomische, culturele of gender gerelateerde belemmeringen zijn bij de toegang tot gezondheidsdiensten in specifieke geografische gebieden of bij kwetsbare bevolkingsgroepen.

Inspanningen in het opsporen van contacten vormen een aanvulling op andere gezondheidsmaatregelen, zoals het bewaren van een fysieke afstand, handhygiëne en reisbeperkingen die tot doel hebben de overdracht te verminderen en de verspreiding van ziekten te beperken (“afvlakking van de curve”). Wanneer het aantal gevallen van COVID-19 echter stijgt tot een punt waarbij de traditionele wijze voor het opsporen van contacten niet meer haalbaar is, zoals bij de overgang van clusters naar overdracht binnen de gemeenschap, kunnen gezondheidsautoriteiten ervoor kiezen om andere strategieën te gebruiken om de ziektelast beter te documenteren. Hierbij kan men denken aan het monitoren van de ontwikkelingen in andere aandoeningen die zich op een vergelijkbare manier voordoen als COVID-19, zoals influenza-achtige ziekten (ILI) en ernstige acute luchtwegaandoeningen (SARI), of het monitoren van de sterfgevallen ten gevolge van alle oorzaken of sterfgevallen onder SARI patiënten. Het uitvoeren van sterfte surveillance, waarbij alle doodsoorzaken worden meegenomen, door het registreren van alle wekelijkse sterfgevallen en het vergelijken van dit aantal met vastgestelde basiswaarden zou meer gedetailleerde informatie kunnen opleveren over veranderingen in het aantal sterfgevallen; het zou de lokale informatie over de verspreiding en ziektelast van COVID-19 kunnen verbeteren en een aanvulling vormen op andere COVID-19 surveillance inspanningen.

Als de focus wordt gelegd op het monitoren van ziekten in gesloten omgevingen, waar risicopopulaties gebundeld worden, zoals ziekenhuizen en verzorgingshuizen, wordt de prioriteit gelegd op kwetsbare contacten zoals gezondheidswerkers en ouderen, hetgeen een indicatie kan geven van de trends in ziektelast.

Deze strategieën moeten nu worden overwogen voor Suriname en er moeten maatregelen worden genomen om ze voor te bereiden en uit te voeren. Alle surveillance strategieën vullen elkaar aan en kunnen op elk moment afzonderlijk of in combinatie worden gebruikt.

PAHO zal haar ondersteuning blijven geven aan Suriname voor de versterking van de surveillance voor COVID-19, inclusief het actief opsporen van contacten. Hierbij wordt voorgebouwd op de reeds bestaande surveillance systemen voor ernstige acute luchtwegaandoeningen/ influenza-achtige ziekte (SARI / ILI)  om COVID-19 en surveillance onder de gezondheidswerkers te incorporeren. Er zal ook steun worden verleend aan het versterken van de sterfte surveillance om overtollige sterfgevallen als gevolg van COVID-19 op te sporen.

Er moet echter wel benadrukt worden dat, alhoewel de surveillance en andere factoren om de beheersmaatregelen te informeren verstrekt worden, de gedeelde verantwoordelijkheid van elk individu om zich te houden aan de maatregelen zoals het bewaren van de fysieke afstand, handen wassen, hoestetiquette, zichzelf isoleren en gezondheidszorg zoeken bij ziekte enorm belangrijk is.

De strijd tegen COVID-19 is niet alleen voor de gezondheidssector of de overheid, maar is voor iedereen. Elke persoon heeft een rol te spelen bij het voorkomen en beheersen van de verspreiding van COVID-19 in Suriname. Laten wij samen de strijd tegen het COVID-19 aangaan.