Vertegenwoordigers van de organisatie van Samenwerkende Inheemse Dorpen in Para en Wanica (OSIP) hebben maandagochtend een onderhoud gehad met vicepresident Ronnie Brunswijk. Tijdens dit onderhoud hebben de vertegenwoordigers met de vicepresident de knelpunten van de verschillende inheemse dorpen besproken en hoe de regering deze gemeenschap kan ondersteunen.

Binnen de OSIP zijn veertien inheemse dorpen uit Wanica en Para vertegenwoordigd. Tijdens het onderhoud waren aanwezig de kapiteins van Casipora, Muriël Fernandes, Piërre Kondre/Kumbasi, Mike Read en de adviseur van de OSIP, Jerry Allamake. Ook de minister van Transport, Communicatie en Toerisme, Albert Jubithana, was aanwezig.

De knelpunten die onder meer aan de orde kwamen zijn het grondenrechtenvraagstuk, justitie en recht alsook ordehandhaving binnen de inheemse gemeenschappen. De organisatie bekijkt mogelijkheden hoe samen te bundelen zodat ook zij een bijdrage kunnen leveren aan de ontwikkeling van Suriname, hierbij zal de ondersteuning van de overheid van enorm belang zijn.

Brunswijk gaf aan dat hij zich ervan bewust is dat de inheemsen en marrons hun eigen leefwijze en leefgewoonte hebben. Hij zei daarom ook een open oor te hebben voor de knelpunten van de inheemse gemeenschap.

Read stelde voor de instelling van een ordehandhavingsteam in elk dorp. Hij pleitte ook voor goede infrastructuur voor communicatie, elektriciteit en waterleiding in alle inheemse gebieden. De jeugd zal volgens Read ook voldoende aandacht moeten krijgen. Verder gaf hij aan dat de COVID-situatie vele inheemse gebieden ontwricht heeft. Vakantieoorden moeten sluiten en ook werkloosheid als gevolg van COVID neemt toe.

Ook gaf hij aan samen met de organisatie en de inheemse dorpen zelfvoorzienend te worden om zodoende hun eigen dorp te draaien. De ondersteuning van de overheid zal hierbij nodig zijn, door middel van het aanreiken van de tools om de gestelde doelen te realiseren.

Kapitein Fernandes zei dat ze een aanspreekpunt bij de regering voor inheemsen mist. Zij heeft graag dat de inheemsen ook betrokken worden bij besluitvormingsprocessen.

Vicepresident Brunswijk zei dat alle knelpunten zijn aandacht hebben. Hij adviseerde de OSIP, om na te gaan wat de specifieke bijdrage is dat zij verwacht van de regering. Ook gaf hij aan dat er vanuit de regering gewerkt zal worden aan een contactgroep voor inheemse zaken. De OSIP zal daarbij vertegenwoordigers moeten voordragen die zitting zullen nemen in de contactgroep. Na dit vruchtbaar onderhoud heeft de vicepresident besloten een vervolggesprek te hebben met de OSIP meld Directoraat Volkscommunicatie.