Op donderdag 7 maart 2024 meldde de 40-jarige V.D. een incident van voertuigvernietiging tegen de 39-jarige C.S. Volgens V.D. zat ze de dag ervoor in de auto van M.D., die ze net had ontmoet, naast wiens auto ze haar voertuig parkeerde. Tijdens een telefoongesprek hoorde ze een vrouw tekeergaan, gevolgd door het zien van een vrouw voor de auto van M.D. Na een paar uur rijden, weigerde M.D. vragen over de vrouw te beantwoorden, vermoedelijk zijn vrouw. Om problemen te vermijden, vroeg ze M.D. om haar bij een taxibedrijf af te zetten. De volgende ochtend ontdekte ze “Hoer” geschreven op haar autoportier. Na een politieonderzoek werd C.S. gearresteerd en bekende ze de daad in een opwelling te hebben gepleegd. Na overleg met het Openbaar Ministerie werd C.S., na schadevergoeding, vrijgelaten.