Binnen de islam is Ied-ul Adha of het Offerfeest een van de belangrijkste feesten ter herdenking van de offervaardigheid van de profeet Ibrahim en zijn zoon Ismael. Wereldwijd is afgelopen woensdag dit feest gevierd. Volgens Minister Mike Noersalim van Binnenlandse Zaken is het bereiken van eenheid, saamhorigheid en onderlinge solidariteit niet mogelijk zonder offervaardigheid aan de dag te leggen. Hij is ervan overtuigd dat dit feest voor een sterkere binding zal zorgen tussen alle etnische, culturele en religieuze groeperingen in Suriname.

“Het terugkerende karakter van het Ied-ul-adha feest kweekt en versterkt dan ook het bewust zijn van de verplichtingen die de mens heeft tegenover zijn medemens,” stelt de bewindsman. Hij noemde in dit kader menslievendheid, goed burgerschap, sociale bewogenheid en dienstbaarheid aan land en volk. Op een dag als deze is het volgens minister Noersalim goed te beseffen en elkaar te herinneren dat wij op de eerste plaats zelf de handen uit de mouwen moeten steken om arbeid te verrichten en economische groei te realiseren. “Als een kleine gemeenschap te midden van grote wereldgemeenschappen komen wij niet eronder uit om samen een stevige vuist te vormen, die slechts vanuit het oogpunt van het bijdragen aan de sociaaleconomische vooruitgang van elke Surinamer, doch ook vanuit het besef dat duurzame ontwikkeling slechts bereikt zal kunnen worden door onze eigen nationale inspanningen op basis van wederzijds respect en waardering. Medeleven tonen met elkaar zal daar ook zeker aan bijdragen”, aldus de minister.

De leer van het Offerfeest brengt moslims bij, welke offers zij in staat zijn te doen voor de Schepper, geliefden en medemens. Tijdens het offerfeest voeren moslims hun plichten uit door het offeren van offerdieren ten gehoorzaamheid aan hun Schepper. Van het geofferd vlees wordt onder anderen een derde deel gedoneerd aan vrienden en kennissen en een derde deel uit liefdadigheid aan armen en behoeftigen.